Voor het inpassen van twee nieuwe kerncentrales in de omgeving en het kunnen starten met bouwwerkzaamheden is een zogenaamd ‘projectbesluit’ nodig. Om tot een projectbesluit te komen wordt een projectprocedure gevolgd waarmee het Rijk zal besluiten waar het project kan plaatsvinden. De projectprocedure is de nieuwe benaming van de Rijkscoördinatieregeling (RCR) die vanaf 1 januari 2024 gebruikt zal gaan worden wanneer de Omgevingswet in werking treedt. De projectprocedure voor de nieuwbouw start met de publicatie van het Voornemen en Voorstel voor Participatie (‘VenP’).
Kennisgeving voornemen & voorstel voor participatie: hierin wordt het project aangekondigd;
Concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau: hierin wordt aangegeven voor welke locaties een milieueffectrapportage wordt opgesteld en hoe de effecten op onder andere milieu onderzocht gaan worden;
De concept Milieueffectrapportage + concept voorkeursbeslissing locatie: hierin worden de milieueffecten van de verschillende locaties beschreven en wordt een voorkeur benoemd;
De definitieve milieueffectrapportage + definitieve voorkeursbeslissing locatie: hierin wordt de milieueffectrapportage definitief vastgesteld en de locatie definitief gekozen.
Voornemen en voorstel voor participatie (VenP)
Met de publicatie van het VenP startte begin 2024 de eerste fase van de projectprocedure, de zogeheten ‘verkenningsfase’.
Het VenP bescrhrijft de doelstellingen van dit project en hoe er naar oplossingen wordt gezocht. Daarnaast wordt beschreven hoe de procedure er uit komt te zien en welke besluitvormingsmomenten en inspraakmogelijkheden daarbij horen. Na de publicatie van het VenP had iedereen die dat wilde zes weken de tijd om hierop te reageren. De reacties geven input voor het opstellen van het participatieplan en de zogeheten concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau (concept-NRD).
Tegelijkertijd werkte het Ministerie van Klimaat en Groene Groei aan de actualisatie van het vestigingsbeleid (waarborgingsbeleid) voor grote kerncentrales. Het actualisatierapport lees je hier. Uit deze herziening komen twee aanvullende gebieden naar voren waar mogelijk geschikte locaties voor nieuwe centrales zijn. Dit zijn de Tweede Maasvlakte en de gemeente Terneuzen. Dat betekent dat, naast de bestaande vestigingsplaatsen, Borssele/Vlissingen (het Sloegebied) en Maasvlakte I (haven van Rotterdam), er door het ministerie van Klimaat en Groene Groei nu ook gekeken gaat worden naar de Maasvlakte II en Terneuzen voor een geschikte locatie voor de bouw van twee kerncentrales.
Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD)
In de concept-NRD wordt het plan van aanpak beschreven waarmee we het milieuonderzoek willen uitvoeren. Zo zal worden beschreven welke locaties voor het project worden onderzocht, hoe het onderzoek wordt uitgevoerd en welke aandachtspunten en onderwerpen in het onderzoek meegenomen worden. Iedereen die dit wil kan meedenken over de opzet van het onderzoek en de te overwegen locaties in dit project door op het concept-NRD te reageren met een zogeheten zienswijze. De zienswijzen worden betrokken bij vaststelling van de definitieve NRD en hebben dus invloed op de uitvoering van het onderzoek. Tegelijkertijd met het concept-NRD wordt een participatieplan gepubliceerd waarin staat beschreven hoe de omgeving betrokken zal worden tijdens de projectprocedure en in de besluitvorming. Naar verwachting zullen dit concept-NRD en het participatieplan rond de zomer van 2024, buiten vakantieperioden, ter inzage worden gelegd.
Milieueffectrapportage (plan-MER) en Integrale Effectenanalyse (IEA)
Na de afronding van de concept NRD worden de onderzoeken uitgevoerd en worden verschillende alternatieven in beeld gebracht. Het resultaat van deze fase zijn een plan-milieueffectrapport (plan-MER) en een Integrale Effectenanalyse (IEA) waarin verschillende alternatieven op meerdere aspecten beoordeeld zullen zijn. Aspecten die in ieder geval in beeld worden gebracht in het IEA zijn Milieu (op basis van het plan-MER)), Omgeving (op basis van met name de participatieactiviteiten in de omgeving), Technische haalbaarheid, Toekomstvastheid en Kosten.
Op basis van de IEA zullen de minister voor Klimaat en Energie samen met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een ontwerp-Voorkeursbeslissing opstellen en publiceren. Deze voorkeursbeslissing geeft duidelijkheid over waar de nieuwe kerncentrales gebouwd kunnen gaan worden en wie en met welke onderbouwing dit besluit genomen zal worden. De plan-MER, het IEA en de ontwerp-voorkeursbeslissing worden ook ter inzage gelegd waarmee het voor iedereen mogelijk is om een zienswijze in te dienen op het voorgenomen besluit en de onderbouwing hierbij. Na het verwerken van eventuele nieuwe inzichten wordt een definitieve voorkeursbeslissing genomen door het Rijk.
Concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau: hierin wordt aangegeven voor welke precieze locatie en detailniveau een milieueffectrapportage wordt opgesteld;
De concept Milieueffectrapportage + ontwerpprojectbesluit: hierin worden de milieueffecten van de locatie beschreven en wordt een ontwerpprojectbesluit beschreven;
De definitieve milieueffectrapportage + voorkeursalternatief: hierin wordt definitief de milieueffectrapportage vastgesteld en het projectbesluit genomen. Bij deze stap is er geen inspraak meer mogelijk, maar wel een beroep bij de Raad van State.
Vervolgfase Planuitwerking
Met het nemen van de voorkeursbeslissing bestaat duidelijkheid over waar de twee nieuwe kerncentrales kunnen worden gerealiseerd. Tussen het moment waarop de voorkeursbeslissing is genomen en de start van de Planuitwerking kan dient het Rijk te besluiten hoe, met wie en onder welke voorwaarden er gebouwd kan worden. Zodra bekend is wie er met welk ontwerp mag gaan bouwen zal de vervolgfase van de projectprocedure gaan lopen. In deze fase wordt met een duidelijk bouwplan, en veel meer detail dan in de verkenningsfase, een project-MER opgesteld ter onderbouwing van het Projectbesluit en zullen er ook vergunningen worden aangevraagd. Ook in deze fase zal inspraak mogelijk zijn.
Vragen en antwoorden over de huidige projectprocedure
Voor locaties wordt in ieder geval gekeken in de gebieden Maasvlakte l, Maasvlakte ll, het Sloegebied (Borssele/Vlissingen) en Terneuzen. Op dit moment is nog niet duidelijk welke locaties in de concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) worden opgenomen en in welke van deze gebieden de locaties liggen. Het is de planning om de concept NRD uiterlijk begin 2025 ter inzage te leggen. Behalve in de genoemde gebieden worden ook alle 1.374 reacties op het Voornemen en voorstel voor participatie (VenP) beoordeeld. Het VenP lag begin 2024 ter inzage en iedereen kon mogelijke locaties aandragen voor de bouw van twee kerncentrales.
De huidige projectprocedure richt zich op het vinden van een locatie voor twee nieuwe kerncentrales. Voor de mogelijke bouw van nog twee kerncentrales zal dus een nieuwe projectprocedure gestart moeten worden. Wanneer deze start wordt momenteel nog uitgewerkt.
Na de vaststelling van de concept NRD, worden de onderzoeken uitgevoerd en de verschillende alternatieven in beeld gebracht. Het resultaat van deze fase zijn een plan-milieueffectrapport (planMER) en een Integrale Effectenanalyse (IEA) waarin verschillende alternatieven op meerdere aspecten beoordeeld worden.
Op basis van deze analyse nemen de minister van Klimaat en Groene Groei en minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een ontwerp-Voorkeursbeslissing. Deze voorkeursbeslissing geeft duidelijkheid over waar de nieuwe kerncentrales gebouwd kunnen gaan worden en met welke onderbouwing dit besluit genomen zal worden. Begin volgend jaar, als de concept NRD ter inzage zal worden gelegd zal duidelijk zijn wanneer we weten waar de eerste twee kerncentrales gebouwd kunnen gaan worden. Begin volgend jaar hebben we namelijk de resultaten van de technische haalbaarheidsstudie waarin drie bedrijven gevraagd zijn naar de planning van de bouw.
Momenteel voeren we een analyse uit naar alle gebieden en locaties die in de reacties zijn opgenomen. Deze analyse is nog niet afgerond. Indien blijkt dat een gebied voldoet aan de criteria zoals opgenomen in het Voornemen en Voorstel Participatie (VenP), zoals voldoende beschikbaarheid van ruimte en koelwater, zal het ministerie in overleg gaan met betrokken overheden en grondeigenaren. Met hen bekijken we dan of er binnen het betreffende gebied locaties te vinden zijn die een redelijkerwijs in beschouwing te nemen alternatief vormen. Uiterlijk begin 2025 publiceren we de concept Notitie Reikwijdte en Detailniveau, waarin de te onderzoeken locaties zijn opgenomen. Daar zal per gebied en locatie zoals opgenomen in de zienswijze aangegeven worden waarom deze wel of niet onderzocht gaat worden.
Eind 2022 heeft de toenmalige minister voor klimaat en energie aangegeven dat het huidige EPZ terrein in Borssele de voorkeurslocatie voor de twee nieuwe kerncentrales is. Door deze voorkeur uit te spreken kunnen technische onderzoeken worden gestart die normaal gesproken pas plaatsvinden nadat een definitieve locatie is aangewezen. Hiermee maakt het ministerie op een verantwoorde manier snelheid met de voorbereiding van de twee nieuwe kerncentrales. In de technische onderzoeken wordt gekeken of twee kerncentrales op de voorkeurslocatie in Borssele passen, hoeveel tijd dit kost en wat de bouw gaat kosten. Meer informatie over technische onderzoeken leest u hier.
Hoewel een politieke voorkeur is uitgesproken voor Borssele, is het belangrijk om de projectprocedure zorgvuldig uit te voeren. Daarom worden, naast Borssele, ook andere locaties onderzocht. Dit moet ook volgens de Nederlandse wet. Op deze manier kunnen de effecten op de (leef)omgeving bij de bouw van twee kerncentrales op alle geschikte locaties namelijk vergeleken worden. De projectprocedure levert belangrijke informatie op die nodig is bij de besluitvorming over de locatie.
In alle gebieden die in beel zijn, is er sprake van veel energieprojecten, naast allerlei andere ontwikkelingen die ruimte vragen. De behoefte om deze projecten vanuit totaliteit en samenhang te beoordelen is dan ook zeer begrijpelijk. Vanzelfsprekend kijken we naar de optelsom van milieueffecten. Dat is tevens een wettelijke verplichting . Daarnaast wordt er in de besluitvorming ook gekeken naar de samenhang.
Op het moment dat er een besluit genomen wordt over de locatie van de kerncentrales, gebeurt dat mede op basis van een analyse van de samenhang en onderlinge afhankelijkheden tussen verschillende projecten.
Om projecten te kunnen starten zijn vergunningen nodig. Provincies, Gemeenten en het Rijk doen indien nodig bij de beoordeling van vergunningsaanvragen een beroep op in dit geval de Veiligheidsregio.
Indien aan de orde, speelt de bereikbaarheid van de regio een rol in de beoordeling. Dergelijke vergunningaanvragen zijn voor het project rond de nieuwe kerncentrales nu nog niet aan de orde. Dit project bevindt zich nog in een vroeg stadium waarbij dergelijke effecten nog nauwelijks in te schatten zijn.